
CAPOEIRA
Capoeira is een Afro- Braziliaanse culturele uiting met vele dimensies en een rijke geschiedenis. Het is een combinatie van spel, gevechtstechnieken, acrobatiek, dans en muziek ( instrumenteel en zang).
​
Het capoeiraspel wordt gespeeld door 2 spelers in een roda, een kring van andere spelers die met zang, muziek en handengeklap het spel begeleiden.
Wat capoeira dus onderscheidt van andere vechtsporten is het muzikale onderdeel. De muziek wordt gemaakt met typische instrumenten bijvoorbeeld de berimbau ( een boogachtige snaarinstrument). De ritme van de muziek geeft de snelheid aan en het soort spel dat de spelers in de kring horen te spelen.
De combinatie van muziek en zang, die vaak langzaam begint en gaandeweg sneller gaat, zorgt voor een opbouwende energie die het spel in de kring voedt.
​
Capoeira is een spel ( 'jogo') van aanval en verdediging, een conversatie van vraag en antwoord. Het is een spel waar je met vloeiende en soms acrobatische bewegingen de ander vaak met sluwheid bespeelt.
De jogo is een improvisatie, geen enkele spel is hetzelfde. Hoe er gespeeld wordt, is afhankelijk van het fysieke en intuïtieve gesprek die op dat moment in de roda door de spelers gevoerd wordt.
​
Capoeira kent in de basis 2 vormen, namelijk capoeira angola en capoeira regional.
De eerste vorm kenmerkt zich door speelsheid, sluwheid en veel grondbewegingen. Bij de tweede vorm zijn de bewegingen strakker en sneller.
​
Binnen de capoeira wordt er tegenwoordig een koordensysteem gehanteerd.
De leerling draagt de koord om zijn middel. De kleur van de koord geeft het niveau aan. Tijdens de batizado ( 'doop'), een terugkerend evenement, wordt aan de nieuwe leerlingen de eerste koord gegeven en aan de oudere leerlingen, bij voldoende progressie, de volgende koord overhandigd.
​
Tijdens onze lessen wordt aan elk aspect van capoeira aandacht gegeven.
​
​
​
​
